Luca
Luca heeft een Nederlandse moeder en een Braziliaanse vader. Ze hebben elkaar ontmoet tijdens hun studie in Nederland en zijn daarna getrouwd in Brazilië. Daar is Luca ook geboren. Zijn baby zusje heet Maria en is in Nederland geboren. Toen Luca 9 jaar was zijn ze naar Nederland verhuisd. Luca zit bij Joris in de klas en ze zijn dikke vrienden. Luca mist zijn avô en avó (opa en oma) soms wel. Maar hij vindt het ook leuk dat hij nu veel dichter bij zijn opa en oma in Nederland woont. Het is alleen net te ver om er zelf naar toe te fietsen.
Lotte en Joris kunnen als ze willen elke dag lopend naar hun opa en oma. Daarom hebben ze aan opa en oma gevraagd of Luca ook een soort kleinkind van hun mag zijn en ook mag komen logeren en helpen in de tuin. ‘Natuurlijk. Dat is alleen maar gezellig.’
De Nederlandse taal vindt Luca best moeilijk en af en toe moeten Lotte en Joris lachen om zijn uitspraak of snappen ze niet wat Luca bedoelt. Maar dat is andersom ook zo. Luca en Joris vinden het Portugees (dat spreken ze in Brazilië) ook heel moeilijk. Luca probeert ze al een hele tijd te leren om avô en avó te zeggen.
Luca vindt het soms wel vervelend dat hij nog niet zo goed Nederlands kan. Dat is best lastig. Maar hij wil het wel leren omdat de meeste mensen Nederlands spreken en geen Portugees kunnen. Daarom helpen Lotte en Joris hem, en leert Luca aan Joris en Lotte de woorden in het Portugees.
Luca houdt van koken . Met opa en oma heeft hij afgesproken dat hij als hij de volgende keer komt logeren samen met Joris en Lotte boodschappen mag doen en koken. Iets wat hij zelf heel lekker vindt. Daar gaat zeker courgette bij. Want dat vindt Luca zo lekker.
Luca houdt veel van lezen en hij kan prachtig gitaar spelen.